skomer island, Een eiland vol wonderen
Skomer Island ofwel papegaaiduikers eiland is een klein eiland aan de kust van West Wales bij Pembrokeshire (Verenigd Koninkrijk). Het is een rijk eiland qua flora en fauna. De natuur heeft er vrij spel. Toeristen mogen het eiland overdag bezoeken tussen ongeveer 10:30 en 16:30 uur. Daarna is er rust op het eiland. Slechts een klein aantal mensen mag op het eiland blijven. Dat zijn een aantal vrijwilligers en medewerkers van de Wildlife Trust maar ook een paar gelukkigen die een plekje hebben weten te bemachtigen in de hostel, zoals Cynthia, Bianca en ik. We voelen ons oprecht bevoorrecht.
Het eiland staat bekend om de papegaaiduikers in het Engels puffins genoemd. Maar ook de Noordse Pijlstormvogel (Manx Shearwater) is een graag geziene gast op het eiland. Het eiland is heuvelachtig en heeft een gevarieerde vegetatie. In het voorjaar bloeien de boshyacinten er rijkelijk en dat wordt vervolgens steeds door prachtige nieuwe kleurrijke bloemen afgewisseld. De meeste vegetatie is laag, er staan veel varens en er staan wat lage boompjes. Het is dus heel open en je kunt overal heen kijken. De klimmetjes en de rondweg op het eiland is best een pittige wandeling te noemen. Tenminste, de dag waarop wij aankwamen was het warm en het is allemaal nieuw. Je weet nog niet goed waar je heen loopt en dan is zo’n wandeling bergje op en af best zweten hoor.
KEvin Morgans
Voor mij begon deze trip met een artikel in Natuurfotografie Magazine vorig jaar. Een prachtige foto van de kop van de puffin straalde op de voorpagina van het magazine en de foto’s bij het artikel waren misschien nog wel mooier. Ik ben Kevin gaan volgen, heb zijn site bezocht en ben mij vervolgens helemaal gaan verdiepen in het verhaal rondom Skomer en de papegaaiduikers. Het liet mij niet meer los en ik wilde erheen. De kans dat het zou lukken was klein, maar ik laat mij niet zomaar ontmoedigen natuurlijk. Wonder boven wonder lukte het mij om een kamer te boeken in de periode waarin de puffins broeden en af en aan vliegen met visjes.
Toen ben ik het goede nieuws gaan delen met mijn fotovriendinnen en Cynthia en Bianca wilden gelukkig heel graag mee.
Wat ook erg leuk en echt toevallig was, is dat Kevin op dezelfde dagen als wij ook op het eiland verbleef. Hij moest voor iemand invallen als reisbegeleider. Ik kan je vertellen dat we echt enorm hard gelachen hebben met hem, naast dat hij ons ook hier en daar goed geholpen heeft met tips. Wat een aardige vent.
De reis
Het plannen van de reis was nog wel een dingetje hoor, want je bent niet zomaar op Skomer. Met de auto is het een reis van ruim 11 uur. En dat vond ik wel wat veel en vermoeiend voor slechts een paar dagen. Dus besloten we de trein te nemen. Er gaat een trein van Rotterdam naar Londen en dat werd het plan. Vanaf daar zouden we verder treinen naar Haverfordwest. Maarrrrr we konden de terugreis naar Rotterdam niet meer boeken. Het alternatief was treinen naar Brussel, maar vanaf daar ging op het aankomsttijdstip geen vervoer meer terug naar Rotterdam. Uiteindelijk zijn we gaan vliegen op Cardiff, vanaf daar zouden we de trein nemen naar Haverfordwest. Het bleek alleen dat het treinstation van Cardiff op een half uur van het vliegveld af lag. Dus gingen we met een shuttlebus naar het dichtstbijzijnde treinstation, vanaf daar namen we een trein die er zo’n 20 minuten over deed om op Cardiff centraal te komen. We moesten daar ruim een uur wachten voordat de trein zou komen, maar prima.
Jamie
Op het station spraken we een conducteur aan om te kijken of we op het juiste perron stonden en hij gaf aan ook in die richting te reizen. Hij bood aan ons te begeleiden. Helemaal fijn, op zijn advies namen we een eerdere trein richting Carmarthen, daar moesten we dan alsnog een uur wachten maar dan waren we in ieder geval al een stuk verder was de theorie. Conducteur Jamie was inmiddels onze vriend en terwijl wij in het dorp even iets gingen drinken ging hij op onze bagage passen (lees tassen vol dure camera-apperatuur). Maar op de een of andere manier gaf hij ons vertrouwen en dus lieten we ALLES achter op het station onder het wakend oog van Jamie. We zeiden tegen elkaar al weglopend van onze spullen, wat zijn we in hemelsnaam aan het doen!! In Nederland ben je je spullen sneller kwijt dan dat je met je ogen kunt knipperen, maar hier dachten we “kan best”. We dronken wat en snelden daarna toch maar terug naar het station. Hoe dichterbij we kwamen hoe sneller we liepen. We liepen om het hoekje en ja hoor, daar zat Jamie in de brandende zon naast onze spullen te wachten. Uit de verte zwaaide hij al en wees naar de spullen. Het was echt haast 30 graden en die arme man zat bij onze spullen terwijl wij genoten van een ijskoud drankje. We schoten een foto met Jamie en samen met hem vervolgden we de reis naar Haverfordwest. Vlak voordat we uitstapten kwam hij nog een praatje maken, schoof een briefje in mijn hand met zijn telefoonnummer en emailadres voor de terugweg. Zaterdag had hij geen dienst, maar als er iets was dan konden we hem bellen. Hoe lief is dat!! Hij stippelde nog even onze route voor de terugreis uit voordat we uitstapten en zwaaide ons uit.
Haverfordwest
In Haverfordwest boekten we een overnachting in het County hotel waar we in een vierpersoonskamer verbleven. Stomtoevallig stuurt Kevin een PB op instagram naar Cynthia met de vraag waar wij waren. Zij antwoordt en hij reageert meteen, “nou ja…. daar verblijf ik ook! Ik ben nu bij de Tesco voor boodschappen”.
Zo grappig, we hebben in de bar van het hotel op hem gewacht om even kennis te maken. Hij was samen met Ben Sutcliffe, zij gingen samen de volgende fototour over het eiland begeleiden en reisden dus op exact dezelfde dagen als wij. Zo leuk om Kevin en Ben te ontmoeten. Maar op tijd naar bed want de volgende ochtend vroeg namen we een taxi richting het eiland.
Eerste kennismaking met skomer
Na zo’n 20 minuten in de taxi werden we afgezet bij een schattig klein baaitje aan de kust van West Wales, Martin’s Haven heette het (Op de linkerstoel voorin zitten zonder stuur is best een dingetje, vraag maar aan Bianca. Achterin zitten over kronkelweggetjes is trouwens ook een dingetje als je wagenziek bent zoals Cynthia). Er was in Martin’s Haven eigenlijk niets anders dan een kiezelstrand, een prachtig uitzicht, een steiger en een krakkemikkige stenen trap richting de steiger. Onze zware bagage moest over die smalle trap naar de boot gebracht worden. Maar met onze Rotterdamse “niet lullen maar poetsen” mentaliteit was dat in no-time gepiept. Niet zonder Rotterdams gemopper en klam van het zweet maar we waren er. Zo’n 15 mensen gingen aan boord van de veerpont en werden voor het verblijf in een uurtje naar Skomer gevaren. Een prachtige vaartocht waar we al intens van genoten. Totdat de trap in zicht kwam…. dat trapje bij Martin’s haven bleek niets in vergelijking met de trap op het eiland. Er werd een menselijke slinger gemaakt zodat de spullen allemaal in rap tempo omhoog kwamen. Bovenaan de trap werden de spullen op een kar gezet en vanaf daar begonnen we onze eerste echte meters op het eiland te maken. Maar eerst kregen we een briefing van een van de medewerkers op het eiland. Het klimmen in de hitte was nog niet klaar, want de trap eindigde eigenlijk midden op de berg, maar de aanblik van de eerste papegaaiduikers maakte het helemaal goed.
Als je slecht ter been bent, dan is dit eiland dus wellicht niet zo’n goede keuze.
Aangekomen bij de hostel werden de kamers verdeeld. Een week van te voren was er al een email gekomen met de mededeling dat een warme douche er niet in zat. De pomp was defect en repareren dat zou pas twee weken na ons bezoek gebeuren. Een koude douche zat er overigens ook niet in, want de pomp pompte kennelijk ook geen koud water. Maar ook dat was niets wat een pak natte washandjes van het Kruidvat niet kon oplossen. En ach… als we stinken, dan stinken we met z’n allen! De combinatie met bijna 30 graden was alleen iets minder prettig, maar vooruit. We klagen nog steeds niet.
adrenaline rush
Na aankomst in de basic slaapkamer met twee eenpersoonsbedden en een stapelbed herpakten we onze cameratas en starten we de eerste lange wandeling op het eiland. Over glooiende heuvels liepen smalle paden waar je onder geen beding van mag afwijken omdat overal vogelnesten en holen kunnen zitten. En die wil je echt niet beschadigen. We genoten meteen al van de groene omgeving, van de kwetterende vogels en van alle indrukken. De adrenaline deed zijn werk en je voelt dan meteen je lichaam reageren. Wat was dit mooi, zonder nog maar een puffin gezien te hebben (op deze wandeling dan) genoten we al en moesten we elkaar af en toe knijpen, want hoe mooi was dit. Intens genoten we van de vergezichten. We probeerde te herhalen wat de eiland medewerker ons allemaal verteld had, over dolfijnen, walvissen, zeehonden, vogels, uilen…. te veel om op te noemen. Maar de zintuigen stonden in ieder geval wijd open.
En toen…. daar hoog op dat klif met het prachtigste uitzicht op een azuurblauwe zee liepen daar gewoon een paar puffins over het pad heen. En nog een, oh kijk… daar dan. Kijk hoe die loopt. Verwondering, genot en pure blijdschap. Die hele lange reis van de dag ervoor was als sneeuw voor de zon verdwenen, de reis die we al een jaar aan het plannen waren was NU bezig en dus moeten we NU genieten. In de zee zagen we zeehonden zwemmen en duiken en de magie was compleet. Iedere tien seconde maakten we een nieuwe foto met de telefoon, maar de schoonheid was niet te vangen. We namen niet eens de moeite om dit te proberen met de camera. We wilden gewoon genieten.
Puffins
Even wat info over de papegaaiduikers/puffins. Op het eiland zijn dit jaar 42.513 puffins geteld. Ik heb werkelijk geen idee hoe je dat telt, maar er zijn hele teams mee bezig, dus daar vertrouw ik op. Wereldwijd neemt de populatie af door klimaatverandering en overbevissing, maar op Skomer Island is het aantal juist gegroeid!
Het zijn kleine maar super sterke vogeltjes, ze waggelen als clowntjes over het eiland met een beetje een triestige of verschrikte blik, een beetje zoals Pietje Paniek. Maar dat is mijn analyse van de puffin. De officiële omschrijving gaat iets anders. De vogels verblijven de hele winter op zee. Hun kop is dan grijzig van kleur. Maar als het broedseizoen aanbreekt dan keren ze terug naar hun hometown, vaak zelfs naar hetzelfde nest als het jaar ervoor. In het broedseizoen veranderen ze licht van uiterlijk, de kop is niet meer grijs maar wit met zwart, het oog heeft een soort eyeliner en kijkt altijd een tikkie verdrietig door die bijzondere tekening. De snavel is het meest ingenieus. In het broedseizoen krijgt de snavel een extra laag zodat hij dubbel goed kan vissen. Er komt een extra omhulsel om de snavel heen, daardoor krijgt deze nog meer kleur en wordt ie nog groter. De weerhaakjes in de bek van de puffin zorgt ervoor dat de gevangen visjes blijven zitten, met hun tong klemmen ze ze vast. Ze kunnen zelfs met een bek vol nog een paar visjes extra vangen, knap he! Dat ze veel vis vangen is ook wel nodig want ieder puffin koppel legt een ei. Meestal zit het vrouwtje op het nest en het mannetje duikt soms wel 250 keer per dag en komt iedere keer met zo’n 10 visjes terug. Zijn vrouw en kind zijn niet snel tevreden! Haha… de pufflin (baby papegaaiduiker) moet snel groeien. Als het groot genoeg is dan verlaat moeder het nest en moet hij/zij het zelf doen. Hij wordt vanzelf hongerig en zal in de avond/nacht het nest verlaten om uit te vliegen, in de hoop dat de meeuwen dan slapen.
Puffins kunnen enorm snel vliegen met hun kleine vleugeltjes. Ze flapperen zo’n 400x per minuut en kunnen snelheden van 80 km per uur behalen!! Vandaar dat ze zo lastig in de vlucht te fotograferen zijn! Als ze dan landen met een bek vol vis dan zitten de meeuwen te azen op dat lekkere hapje gratis vis en dus vliegen ze vaak bijna rechtstreeks hun burcht in.
Puffins broeden dus in holen in de grond, vlakbij open zee vaak op een hoog klif. Check… dat is exact de situatie op Skomer. De gangen onder de grond kunnen wel 1 tot 2 meter diep zijn. Aan het einde van de gang maken ze een kuiltje met veertjes, takjes en andere natuurlijke materialen. Puffins maken weinig geluid. Het enige geluid wat je hoort is de baltsroep die een beetje klinkt als een trage kettingzaag in de verte. Het geluid kun je goed horen op de website van de Vogelbescherming. Het geluid is zo anders als je verwacht bij zo’n klein vogeltje, maar juist dat maakt het ook weer zo grappig.
Als de puffins nog niet volwassen zijn dan zijn de voeten en snavel nog grijs, die fel oranje/rode kleur komt later pas.
Manx Shearwater/Noordse Pijlstormvogel
In de nacht komen de Manx’s aan land. Dat schijnt een heel luidruchtig spektakel te zijn. Een uurtje na zonsondergang komen de eersten aan land met tientallen tegelijk. Wij hebben het niet gezien, aangezien de dagen al ontzettend lang en intensief waren. Ze komen in het donker pas aan land omdat dan de meeuwen hopelijk slapen. De meeuwen vallen de Noordse pijlstormvogels aan en eten hun maag leeg. Heel naar… je ziet dan ook over het hele eiland dode vogels liggen. Allemaal van deze soort. 3/4 miljoen Noordse Pijlstormvogels leven op dit eiland in ondiepe holletjes! Dit is de helft van de wereldbevolking van deze soort! Wauw, dit is echt bijzonder.
Een filmpje van de vliegende Noordse Pijlstormvogels had leuk geweest, maar zoals gezegd heb ik die niet. Op het filmpje hiernaast een nogal luguber beeld van de ravage die de meeuwen aanrichten op het eiland. Dit zijn twee Noordse Pijlstormvogels die het niet gered hebben om naar hun burcht te komen.
Velduil
Wat we wel hebben mogen aanschouwen is een jagende velduil. Met enorme grote vleugels zweefde hij over de heuvels en de velden en zo nu en dan dook hij met veel geweld naar beneden waar met een hoop herrie een prooi gepakt werd. Het was een machtig mooi gezicht, al bleef de uil best ver van ons weg wat fotograferen lastig maakte.
Konijnen, muizen, spreeuwen, zwaluwen, de wulp
Naast de grote publiekstrekkers is er nog veel meer te zien op het eiland. Zo zijn de vrijwilligers enorm blij met een groeiende kolonie spreeuwen. Een soort die voor ons heel normaal is, maar op het eiland is hij nieuw. Er hupsen tientallen haast “tamme” konijnen rond op het eiland, de steenuil broed in de ruïne, de zwaluw nestelt in het bezoekerscentrum en de wulp wandelt zo nu en dan voor je uit over het pad. Er zijn twee broedparen op het eiland van de wulp.
Oh ja, ‘s nachts schijnen er ook tientallen kikkers over het pad te wandelen, maar die hebben wij gemist omdat we toch nog wel ergens een paar uurtjes slaap hebben gepakt.
dag 2 op skomer island
Zoals ik al vertelde was dag 1 een flink warme dag. De zon scheen volop en het was prachtig. We schoten onze “adrenaline” shots met het idee deze de tweede dag te perfectioneren. Op dag 2 werden we echter wakker met dichte mist en de voorspelling vertoonde nul zonneschijn en regen. Tja, daar doe je dus helemaal niets aan hè. Je moet er dan het beste van maken. We gingen wel met zonsopkomst op pad en heel heel eventjes viel er een heel klein gaatje in het wolkendek maar dat was niet noemenswaardig. Maar ja, een dag zonder hard licht biedt ook prachtige kansen in fotografie. High key foto’s kunnen prachtig geschoten worden en mooie zachte beelden door de vegetatie heen zijn ook zeker een optie. Ennn stiekem hoopte ik op echt even goede regen.
Regen
Na onze ochtendwandeling kwam ik Kevin op de gang tegen en hij liet mij weten dat het rond half 12 zou gaan regenen en dat hij en Ben zeker naar de Wick zouden gaan omdat je daar zo’n mooie donkere achtergrond kon creëren. En tja… ik had niet voor niets bij de HEMA een enorm sexy regencape gekocht. Dus ik ging in overleg met de meiden. Die vonden het allemaal wel best en vonden een middagdutje ook wel even fijn. Daar hadden ze zeker een punt! Maar ik ging toch. In mijn eentje, in mijn mooie regenjas naar het klif. Ik regende flink nat onderweg maar toen ik er eenmaal was hield het op. Dat was een tikkie jammer… maar ja… je weet niet. Dus ik bleef, nat was de jas toch al. Af en aan miezerde het wat, te weinig om de foto’s echt interessant te maken. Maar heel af en toe regende het heel eventjes een beetje door, waardoor ik toch nog wel wat regendruppels kon vangen.
HIGH CLIFF
Na mijn nogal natte uitstapje besloten we om toch de ronde over het eiland verder af te maken. De eerste dag liepen we vanaf de hostel naar het noorden naar een prachtig uitkijkpunt. Daarna liepen we tegen de klok in langs de randen van het eiland richting “the Wick”. Dit was ook weer zo’n mooie plek, je hoort de zeekoeten en alken schreeuwen vanaf de hoge zwarte kliffen en de papegaaiduikers vliegen af en aan, op de hielen gezeten door de lachende/schreeuwende meeuwen. Binnendoor liepen we terug naar het huis.
De tweede dag pikten we vanaf “the Wick” de draad weer op en liepen we verder richting High Cliff. En die was HIGH hoor kan ik je zeggen. Na een flinke klim (of misschien leek het hoger door ons al enigszins vermoeide lichaam dat kan ook) kwamen we wederom op een prachtig punt uit. Adembenemende uitzichten, een kolkende zee, 50 tinten blauw water en wederom de schattige puffins. Er leek maar geen einde te komen aan onze eigen “high”. Heuveltje op, heuveltje af en ineens staan we op een plekje, daar leek het wel mini-Hawaii. Puffins waggelden tussen mini palmboompjes (oke, het waren varens, maar ik heb nogal veel fantasie) over veel te groen gras met witte bloemetjes, de zee was blauwer dan blauw en zachte kettingzaaggeluidjes om je heen verraadde het grote aantal ondergrondse holletjes. Het was echt een idyllisch plekje. Het was er ook wel druk, want de dagjesmensen waren op het eiland en dit plekje ligt vrij dicht bij de boot. Maar dat mocht de pret niet drukken. Oh mijn hemel, wat is het hier mooi! Wederom bleven we hier zomaar weer een half uur een beetje zitten, staan, kijken, genieten en fotograferen. Behoorlijk vermoeid door al het klimmen en dalen strompelden we terug naar onze herberg waar Bianca een lekkere maaltijd bereidde voor ons. En daarna… je raad het al. Gingen we gewoon weer naar buiten! Wel met enige twijfel kan ik je zeggen. De zon zouden we wss niet zien dus wilden we gokken op de zonsopkomst. Maar dat kon ik dus niet. Stel dat je op bed ligt en dat de zon toch is doorgebroken, ja dat risico kon ik niet nemen. En dus gingen we na overleg wederom op pad. De zon leek nog even door te breken, maar helaas het gat in de wolken bleef hoog in de lucht. Toch was ik blij dat we gegaan waren.
dag 3 het vertrek
We spraken af dat we wel de wekker zouden zetten. De voorspellingen waren ook voor de vroege ochtend niet al te best. Als het bewolkt zou zijn bleven we liggen, anders zouden we eruit gaan. Ik ging om 5 uur uit bed, liep naar beneden en het was volledig mistig. Dat maakte de keuze makkelijk, we kropen terug in bed. Om 8 uur moesten de spullen buiten klaar staan, dus uiteindelijk waren we er alsnog redelijk vroeg uit. Onze spullen zetten we buiten klaar en liepen met slechts de cameratas richting de aanlegplaats van de boot. Daar zaten ook puffins, dus dan konden we daar eventueel nog wat schieten en warempel, de zon brak door. Alle wolken verdwenen en na nog maar weer een uurtje fotograferen maakten we ons toch maar klaar voor vertrek. Het ritueel van de klim werd nu de afdaling. Een slinger werd gemaakt en de spullen werden een voor een naar beneden gesjouwd die ellenlange trap af. Bij de aanlegplaats maakte ik nog wat foto’s van de razorbills/alken en de zwemmende puffins. Ik keek nog een keertje dromerig om mij heen voordat we de boot weer opstapten richting vaste land. Dit ga ik missen dacht ik…
Wat een trip… we hebben dubbel en dwars genoten!
wat je moet weten
Zoals gezegd boek je een verblijf op Skomer niet zomaar even online, daar is wat voorbereiding voor nodig. Daarnaast is er op Skomer dus helemaal niets, behalve een slaapplaats en een halfgare keuken, gelukkig wel met koelkast. Er zijn ook gewoon twee toiletten en die spoelen gewoon, geen composttoilet gelukkig.
Je moet dus alles meenemen, je eten, drinken, alles wat je nodig hebt. Vanzelfsprekend zorg je dus ook zelf voor je ontbijt, lunch en avondeten, er is geen kok die het voor je doet. Er is ook geen winkel voor vergeten spullen. Bovendien moet alles wat je meeneemt luchtdicht verpakt zijn, zodat je geen ongedierte mee het eiland op neemt. Dat vergt voorbereiding. Zoals ik al zei, deed bij ons de douche het ook niet, maar als die het wel zou doen, dan zijn er twee douches die je met z’n zestienen deelt. Qua hygiene moet je concessies doen. De reis is lang en dat ervaarden wij als best pittig. De terugreis ging heel voorspoedig qua aansluitingen van de boot, trein, bus, vliegtuig… en toch waren we lang onderweg. Om 9:30 vertrok de boot en rond 20:00 uur stapte ik mijn huis weer binnen. En dat allemaal voor twee nachten op Skomer. Maar toch, zou ik het zo weer doen!
Er is altijd een risico dat de veerpont niet vaart en dan heb je dus gewoon dikke pech, dan gaat je trip niet door, ondanks dat je dan al in Engeland bent. Een dag van te voren bel je met de schipper en die laat je weten wat de voorspelling is. De aanbetaling die gedaan is kun je vervolgens doneren aan het Wildlifetrust South West Wales. En toch… is het een van de meest geweldige trips die ik ooit gemaakt heb.
wil je ook naar Skomer?
Neem contact op met het eiland om te kijken of je kunt reserveren. Ik ben aan het rekenen geweest om er een fotoreis ervan te maken maar de kosten zouden dan echt te hoog worden ten opzichte van wat je ervoor krijgt. Bovendien is er altijd de onzekerheid van het niet vertrekken van de boot naar het eiland of het later vertrekken van de boot vanaf het eiland, wat een officiële reis heel onzeker maakt en dat is niet in te dekken. Dus helaas gaat dat niet lukken. Sorryyyyy
dagtour
Wat je wel kunt doen is een dagticket kopen. Je boot vertrekt dan om 10 uur (mits het weer dat toelaat) en vertrekt laat in de middag weer naar het vaste land. Je moet dit wel echt vooraf boeken, want de dagtourtjes zijn geliefd.
waarom zou je naar skomer willen?
Er zijn zoveel obstakels en onzekerheden, waarom zou je dan toch willen verblijven op het eiland?? Nouuuuu… omdat je nergens zoveel puffins vindt als hier, omdat je tijdens de mooiste momenten van de dag (zonsopkomst/zonsondergang) bijna alleen op het eiland bent. Omdat het eiland betoverend mooi is en je alle kansen krijgt op het schieten van prachtige foto’s. Omdat er veel meer is dan puffins alleen…. omdat het gewoon dik genieten is en omdat al die ongemakken als sneeuw voor de zon verdwijnen wanneer je oog in oog staat met zo’n prachtig vogeltje en vervolgens de resultaten op je camera ziet! Daarom dus…
Daarnaast lonkt het avontuur, juist omdat het geen alledaags tripje is naar een toeristisch plekje waar je met zijn honderden achter elkaar aan schuifelt voor een leuk kiekje. Hier heb je tijd, ruimte en meer dan genoeg onderwerpen. Wat je nooit kunt voorspellen is het weer. Zoals je gelezen hebt hadden wij de eerste dag prachtig mooi en warm weer en de tweede dag was het grijs en regenachtig van ‘s ochtends tot ‘s avonds. Maar juist dat stimuleert je creativiteit.
Hoogtepunten van deze reis:
dankjewel cyn en biek
Zoals je kunt lezen hebben we een topreis gehad. De klik tussen Cynthia, Bianca is ook gewoon zo fijn en dat is echt heel veel waard. Er is altijd een soort van natuurlijke rolverdeling; Monique loopt altijd (te snel) voorop en wijst de weg, Cynthia gooit zo nu en dan haar duidelijke mening en wensen in de groep, Bianca is de zorgzame van ons drieën en loopt liever achteraan dan voor. Voor Bianca was het sws haar eerste vliegreis, wat het op zich al spannend maakte. Maar ze ging het allemaal aan en het ging super goed. Zo goed, dat ze nu heeft bedacht dat ze ook best uit een vliegtuig kan springen…. nou die sla ik even over hoor! Cynthia is altijd degene waarmee ik kan sparren, heeft goede ideeën (meestal dan he…) en gaat een discussie niet uit de weg. Meestal wint ze de discussie ook trouwens hoor!
Maar wat beide meiden hebben is humor, we houden van lachen en gek doen. We hoeven maar naar elkaar te kijken en we weten eigenlijk al wat er komt. Dit kan voor anderen heel irritant zijn, want we kijken elkaar aan, schieten in de lach, knikken even om zonder woorden te bevestigen dat we om hetzelfde lachen en ongeveer een kwartier later is die bui weer over. En niemand anders weet waar het over ging. Zo dachten Kevin en Ben dat we ze in het Nederlands belachelijk aan het maken waren omdat we zo hard lachten. Maar nee, dat was niet waar. Die twee konden er trouwens zelf ook wat van hoor! Die konden harder giechelen dan twee tienermeiden.
Maar goed, wat ik dus eigenlijk wil zeggen is, dankjewel meiden. Dankjewel dat jullie maar weer zijn mee gegaan in mijn gekke ideeën en dat jullie alle onzekerheden en primitieve toestanden van de reis maar gewoon accepteerden en samen met mij het diepe insprongen! Ik hoop oprecht dat er nog veel van dit soort rare tripjes bij komen. Love you
Wat een prachtig verhaal Monique en echt fantastisch mooie foto’s… Top!
Wat leuk om te horen dat je het verhaal en de foto’s mooi vind Bob! Dankjewel daarvoor!!